Een kwart van de bedrijven reageert niet goed op een inzageverzoek onder de AVG, stelt de Consumentenbond op basis van een steekproef. De bond deed honderd inzageverzoeken bij verschillende organisaties, maar kreeg in veel gevallen te laat of een onvolledig antwoord.

De Consumentenbond voerde de steekproef uit in het najaar van 2022. De bond deed bij honderd willekeurige, Nederlandse bedrijven en instellingen een inzageverzoek over persoonlijke gegevens. Het ging om onder andere banken, winkelketens, energieleveranciers, telecomproviders en de Belastingdienst. Onder artikel 15 van de AVG kan iedere Europese burger een inzageverzoek indienen bij bedrijven of overheidsinstellingen om te zien welke informatie er over hem of haar bekend is. De Consumentenbond beriep zich in de steekproef op dat recht.

Bij zeventien van de honderd bedrijven werd het inzageverzoek van de Consumentenbond niet binnen een maand beantwoord. Bedrijven moeten binnen een maand in ieder geval reageren op een inzageverzoek, al mogen ze ook aangeven daarna nog twee maanden nodig te hebben voor het verzoek. Naast de zeventien bedrijven die niet reageerden, kreeg de Consumentbond van zes bedrijven een verkeerd antwoord terug. “Bij zes organisaties wordt de vraag verkeerd begrepen. We krijgen alleen een beschrijving van onze gegevens en niet de gegevens zelf. Of er ontbreken belangrijke zaken”, schrijft de bond. Daarnaast ging er bij vier bedrijven iets technisch mis.

Bij elkaar waren er dus 27 bedrijven die niet adequaat op het inzageverzoek reageerden. De Consumentenbond heeft op zijn website ook een lijst geplaatst met daarop de bedrijven die te laat of niet reageerden.