Intel introduceert dinsdag een stortvloed aan serverprocessors: maar liefst 52 modellen. Het topmodel telt 60 cores, verdeeld over vier tiles, terwijl de nieuwe Xeon Max-serie over onboard-hbm beschikt. Bovendien komt de Ponte Vecchio-videokaart beschikbaar.

Eindelijk Sapphire Rapids

De nieuwe cpu’s hebben de officiële marketingnaam 4th Gen Intel Xeon Scalable Processors, maar waren tot nu toe beter bekend onder de codenaam Sapphire Rapids. Ze volgen de in 2020 geïntroduceerde Cooper- en Ice Lake-chips op. Oorspronkelijk had Sapphire Rapids al vorig jaar op de markt moeten komen, maar problemen met het Intel 7-productieprocedé hebben tot uitstel geleid.

Alle nieuwe Xeons maken uitsluitend gebruik van P-cores, die wat de architectuur betreft overeenkomen met de Raptor Cove-cores in de dertiende generatie Core-processors. De chips hebben een octachannel-DDR5-geheugencontroller en beschikken over 80 PCIe 5.0-lanes. Daarbovenop kunnen vier CXL 1.1-apparaten worden aangesloten, bijvoorbeeld accelerators. Wat connectiviteit betreft zijn de processors daarmee vergelijkbaar met AMD’s nieuwste Epyc Genoa-processors.

Drie dies: XCC, MCC en Max

Onder de heatspreader van de nieuwe Xeons gaat steeds een XCC-, MCC- of Max-die schuil. De XCC-die bestaat uit vier los geproduceerde tiles, met elkaar verbonden via Intels 2,5d-packagingtechniek emib. Voor de onderlinge communicatie wordt een geoptimaliseerde meshstructuur gebruikt, die Intel MDF heeft gedoopt. Afgaande op de gedeelde schema’s zijn er 64 cores aanwezig in de XCC-chip, maar daarvan zijn er maar maximaal 60 ingeschakeld. De Max-die is een variant van de XCC-die met 64GB HBM2e-geheugen, terwijl de MCC-die een monolithische chip is met maximaal 32 actieve cores.

Accelerators tegen betaling

Tijdens het release-evenement hamerde Intel vooral op de aanwezigheid van tal van ingebouwde accelerators die specifieke taken kunnen versnellen, zoals deep learning, encryptie en netwerkverkeer. Lang niet alle modellen beschikken standaard over alle soorten accelerators en uitbreidingen. Met Intel On Demand, een vorm van software-defined silicon, kunnen die na aanschaf alsnog worden geactiveerd, tegen betaling uiteraard.

Intel heeft geen benchmarks gepresenteerd ter vergelijking met AMD’s nieuwste Epyc-cpu’s, naar eigen zeggen omdat het daar nog niet aan kon komen. De nieuwe Xeons krijgen adviesprijzen tussen de 415 en 17.000 dollar. De Xeon Platinum-versies kunnen overweg met maximaal acht sockets per systeem.

Data Center GPU Max: Ponte Vecchio

Tegelijk met de nieuwe Xeons komt eindelijk de Ponte Vecchio-videokaart beschikbaar, waarover Intel al in 2021 uitgebreid heeft gepresenteerd. Deze gpu bestaat uit maar liefst 47 tiles, gemaakt op vijf verschillende productieprocessen van TSMC en Intel zelf. Ze zijn met elkaar verbonden via emib.

Er komen drie versies beschikbaar, waarvan de GPU Max 1100 het best herkenbaar is als een videokaart. Deze PCIe-kaart heeft een tdp van 300W. De GPU Max 1350 en 1550 zijn verpakt in de OAM-formfactor, een door Meta ontwikkelde en open source gemaakte standaard, en hebben tdp’s van respectievelijk 450 en 600W. Tot slot zijn er ook nog eens complete ‘subsystems’ beschikbaar, die vier van die OAM-modules combineren met een tdp van 1800 tot 2400W.